dinsdag 19 januari 2021

Apostolisch

Ik ben niet religieus. Toch had het weinig gescheeld of ik behoorde tot de Katholiek Apostolische Gemeente, een kerkgenootschap waar in ons land ongeveer 1000 leden van zijn.

In het begin van de negentiende eeuw ontstond onder verscheidene groepen christenen een opleving van religieuze energie. Het gevoel dat de kerk een flets karakter had gekregen na de eeuw van de Verlichting en de snelle veranderingen in de maatschappij droegen hieraan bij. In deze tijd kwamen groepen gelovigen bij elkaar in energetische religieuze bijeenkomsten, waarbij men tijdens intense gebedssessies hoopte op de uitstorting van de Heilige Geest. Soms kwam er bij deze sessies glossolalie (het spreken in tongen) voor en meende men profetieën te horen. Het fijne weet ik er niet van. In 1832 ontstond de Katholiek Apostolische Kerk. Een kenmerk van deze kerk was het herstel van de kerkelijke ambten, zoals vermeld in Efeziërs 4:11. Zo ontstonden o.a. de ambten van profeet, engel en apostel. De invulling van deze ambten werd vaak tijdens - vermeende - profetieën openbaard. Vrij spoedig verspreidde de kerk zich in Groot-Brittannië. Gedurende de negentiende eeuw ontstonden problemen in de opvolging van de apostelen, omdat men vond dat deze niet zomaar aangewezen konden worden en doofde de kerk langzaam uit. Tegelijkertijd ontstonden vele afscheidingen en nieuwe bewegingen die zich apostolisch noemden.

Mogelijk Lambertus Scheepers
(1834-1880)
In Nederland ontstond de - traditionele - Katholiek Apostolische Gemeente (KAG) toen de Britse apostel King-Church halverwege de jaren 1860 naar ons land kwam. In 1867 ontstond de eerste gemeente in Den Haag, in 1868 volgde Rotterdam. Hoewel géén nieuwe apostelen werden aangewezen groeide de gemeente in het begin van de twintigste eeuw tot ongeveer tweeduizend leden.

In 1869, één jaar na de opening van de Rotterdamse gemeente, trad mijn bet-betovergrootvader Lambertus Scheepers met zijn gezin toe tot de KAG. Hij was opgegroeid in het hervormde geloof, terwijl zijn vader een katholieke achtergrond had. Wat sprak hem zo aan in deze kerk? Leidde het verschil tussen de religie van zijn ouders tot twijfel? Sprak de religieuze energie tot zijn verbeelding? Hij was er in ieder geval snel bij. Binnen de Rotterdamse gemeente bekleedde hij - voor zover ik gehoord heb - de ambten van priester en engel. In mijn bezit bevind zich nevenstaande foto, afkomstig uit het begin van de jaren 1870, waarvan ik denk dat het weleens Lambertus kan zijn.

Veel van Lambertus' nakomelingen behoren tot op deze dag tot de KAG. Mijn grootmoeder is er ca. 1950 vertrokken. De KAG werd voor haar, zeker sinds de ontkerkelijking van de jaren die volgden, een verre herinnering.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten