vrijdag 24 juni 2022

Middeleeuwse joden in Erfurt

Voor het eerst is er middeleeuws joods DNA geanalyseerd (Waldman et al. 2022, pre-print). Het betreft de overblijfselen van 33 individuen die gedurende de veertiende eeuw op de joodse begraafplaats te Erfurt begraven zijn. Voor joodse begravenen geldt eeuwige grafrust. Een rabbijn gaf toestemming voor het onderzoek onder de voorwaarde dat specifiek gebruik werd gemaakt van reeds opgegraven individuen en/of losgeraakte tanden.

De studie concludeert dat de middeleeuwse individuen genetisch dicht verwant zijn aan de hedendaagse Asjkenazim. De Erfurtse samples hebben gemiddeld een nog hogere mate van homozygositeit dan de Asjkenazim. De studie bevestigt wat in voorgaande onderzoeken steeds duidelijker werd, namelijk dat de Asjkenazim met name een mix zijn van bevolkingsgroepen uit de (Noordelijke) Levant, Zuid-Italië (Griekse wereld) en Oost-Europa. Onder de Erfurtse joden is er in het bijzonder een grote variatie in de Oost-Europese component, die bij sommige samples vrijwel ontbreekt en bij andere bijna de helft van het voorgeslacht omvat. Er lijken minstens twee verschillende subgroepen joden in Erfurt geleefd te hebben gedurende de veertiende eeuw. Beide hebben bijgedragen aan het voorgeslacht van de huidige Asjkenazim.

Onder de vaderlijnen die vastgesteld konden worden zien we de typisch joodse takken van J1, J2, E1b, R1b en T1. Onder de moederlijnen komt de typisch Asjkenazische tak K1a1b1a veel voor.

Zelf aan de slag met modelleren

We leven in een bijzondere tijd waarin we vaak zelf kunnen spelen met wetenschappelijke gegevens om zo tot een nader begrip te komen van het onderwerp. De gemeenschap van citizen scientists is hierin onmisbaar. Zo is in het bijzonder David van de blog Eurogenes de moeite waard te noemen, omdat hij de G25-testen heeft ontworpen: een test om vrij eenvoudig genetische afstammingsmodellen van individuen en populaties te kunnen uitvoeren.

David heeft (een deel van) de Erfurtse samples reeds omgezet in G25-coördinaten en zelf ook een blik geworpen op de individuen uit het onderzoek. Kort samengevat: er is flink wat variantie onder de individuen, en er lijkt sprake van minstens twee clusters. Ik deel met hem de mening dat het opmerkelijk is dat de onderzoekers voor het modelleren van de Oost-Europese component Russen gebruikt hebben en niet meer West-Slavische samples (Polen, Tsjechen, Slowaken), wat historisch gezien logischer zou zijn. Hiernaast ontbreekt in het onderzoek een Noord-Afrikaanse component die duidelijk aanwezig is in de huidige Asjkenazim.

Eerder dit jaar deed ik zelf een poging om de oorsprong van de Asjkenazim en Sefardim beter te begrijpen door een historisch plausibel model te maken m.b.v. G25-coördinaten en het programma Vahaduo. Het is hierbij opnieuw goed om te benoemen dat G25 géén formele statistische methode is zoals qpAdm, en ook Vahaduo zo zijn eigenaardigheden kent; liever zou ik nMonte i.p.v. Vahaduo gebruiken, al kost dit iets meer tijd. De uitkomsten kunnen m.i. wel, indien de gekozen componenten historisch plausibel zijn, een richtinggevende inspiratiebron vormen om met formele methoden nader te onderzoeken.

Tabel 1 toont een model van de afstamming van gemiddelde moderne Asjkenazim per land (zoals opgegeven in de G25-dataset), op basis van door mij geselecteerde componenten (in %). Dit zijn dezelfde componenten (deels samengevoegd) als in de test eerder dit jaar. Leidraad hierbij was dat de componenten historisch plausibel waren:

Tabel 1: model (G25) afstamming moderne Asjkenazim
(in %)











De precieze percentages zijn niet zozeer van belang; deze zullen verschillen al naar gelang de wijze waarop de componenten zijn opgebouwd en de eigenschappen van de statistische test zelf. De grote lijn is m.i. wel duidelijk: de hedendaagse Asjkenazim stammen voor zo'n 30-40% af van de bevolking in de Levant en omstreken uit de ijzertijd, voor zo'n 30-40% van de Hellenistische en (Grieks-)Romeinse bevolking (waaronder ook een klein stukje "Italisch"-Romeins; hiernaast is de aanwezigheid van Spaans bloed niet onaannemelijk), ca. 5-10% Noord-Afrikaans (Berber-achtig, wellicht van de joden uit Alexandrië en Cyrenaica), ca. 10-25% van de middeleeuwse bevolkingen van met name de (West-)Slavische gebieden en Duitsland, en voor ongeveer 1% van diverse Aziatische bevolkingsgroepen (Oost-Azië, maar ook uit het diepe Rusland en Zuid-Azië; internationale kooplieden zullen hier een rol gespeeld hebben). De belangrijkste tendens is dat het aandeel middeleeuws Slavisch bloed onder de Duitse Asjkenazim vrij laag is t.o.v. van de Centraal- en Oost-Europese Asjkenazim.

Waldman et al. heeft de Erfurtse samples verdeeld in twee clusters: een "Midden-Oosters" cluster (Erfurt_ME) en een "Europees" cluster (Erfurt_EU), m.i. niet de best gekozen namen, maar het zij zo. In tabel 2 heb ik hetzelfde model als bij moderne Asjkenazim toegepast op de gemiddelden van deze twee clusters, waaruit ik eerst vier individuen die op het eerste gezicht afweken van de rest (outliers) en een vermoedelijk gemengd ME/EU individu verwijderd heb.

Tabel 2: model (G25) afstamming van de Erfurtse hoofdclusters
(in %)







Ook hier geldt: de percentages kunnen iets verschillen afhankelijk van het gebruikte model en verschillen ook na het verwijderen van potentiële outliers op individueel niveau. De individuen uit het cluster Erfurt_ME lijken het meest op de moderne Duitse Asjkenazim; m.i. is het aannemelijk dat de oorspronkelijke Asjkenazim uit de steden langs de Rijn (Speyer, Worms, Mainz) er soortgelijk uitzagen. Sommige individuen zouden ook nog West-Mediterraans bloed kunnen hebben. Het cluster Erfurt_EU is sterk vermengd met middeleeuws Slavische bevolkingsgroepen. De individuen zouden deels af kunnen stammen van de oude voor-Asjkenazische joden uit de Slavische landen (Kna'anim), een enkeling mogelijk deels van bevolkingsgroepen uit het Volga-gebied. Tegelijkertijd lijken zij de oer-Asjkenazische bottleneck met het Erfurt_ME cluster te delen, waardoor ik geneigd ben hen grotendeels te zien als nakomelingen van Erfurt_ME-gelijkende individuen. Erfurt_EU zou dan gemodelleerd kunnen worden als ongeveer 60-70% Erfurt_ME, 30-40% middeleeuws Slavisch en 2-5% Aziatisch (Noord-, Oost-, en/of Zuid-Aziatisch).

In tabel 3 zijn een vermoedelijk gemengd ME/EU sample en de vier outliers gemodelleerd zoals boven:

Tabel 3: model (G25) afstamming Erfurt gemengd en outliers 
(in %)









Sample I13861 valt op vanwege vrij hoge Midden-Oosterse waarden en vrij lage Noord-Afrikaanse en middeleeuws-Europese vermenging. Sample I13863 lijkt met een hoog Noord-Afrikaans percentage en het vrijwel ontbreken van middeleeuws Slavisch en Duits bloed mogelijk afkomstig uit de Sefardische of wellicht Provençaalse of Italiaanse wereld. Wel heeft ook zij een "Oost-Aziatisch" percentage. Samples I13862 en I13866 lijken op het eerste gezicht een vrij laag Levants aandeel te hebben, hoewel de som van hun "Levantse" en "Hellenistische" componenten vergelijkbaar is met het Erfurt_EU cluster; zij vallen echter met name op vanwege hun hoge Aziatische percentage, waarvan bovendien het grootste gedeelte Zuid-Aziatisch lijkt te zijn. Vermenging met joodse handelaren uit India via Perzië, Constantinopel en het Donaugebied zou een mogelijkheid kunnen zijn. David van de blog Eurogenes oppert nog de mogelijkheid van vermenging met Roma uit de Balkan, het reizende volk dat daar in de middeleeuwen arriveerde. Misschien hebben we inderdaad te maken met twee leden uit het Erfurt_EU cluster met een overgrootouder van Roma-afkomst. In de huidige Asjkenazim lijkt daar echter weinig meer van terug te vinden.

Zijn de moderne Asjkenazim te modelleren op basis van de Erfurt_ME en Erfurt_EU clusters? Voor de zekerheid voeg ik moderne Sefardim en Mizrahim (hier Iraakse en Iraanse joden) toe. De uitkomsten van het model in tabel 4:

Tabel 4: model (G25) afstamming moderne Asjkenazim
als mix van Erfurt etc. 
(in %)










Een belangrijke kanttekening bij deze tabel is dat ook hier de percentages niet te strikt opgevat moeten worden, in het bijzonder vanwege de overlap tussen de onderzochte componenten; het gaat mij hier om mogelijke trends. Duidelijk te zien is dat de Duitse Asjkenazim het meest lijken op het Erfurt_ME cluster. Niet in de tabel opgenomen zijn Italiaanse joden, daar de precieze aard van die G25-samples mij niet bekend zijn en zij ook veel op het Erfurt_ME cluster lijken. De Duitse Asjkenazim lijken vrij weinig influx te hebben ontvangen vanuit het Erfurt_EU cluster. Het beetje dat zij gekregen hebben hoeft niet direct vanuit dat cluster zelf gekomen te zijn, maar kan ook met latere migraties vanuit Polen meegekomen zijn. Alle Centraal- en Oost-Europese Asjkenazim kunnen gezien worden als grotendeels een mix tussen de Erfurt_ME en Erfurt_EU clusters. Bij met name de Duitse, Poolse en Oekraïense joden zien we een vermoedelijke influx van Sefardisch bloed, terwijl in Litouwen aanwijzingen lijken te zijn voor influx van Mizrahim; wellicht weerspiegelt dit signaal de immigratie van joodse geleerden uit Babylon naar Oost-Europa.

Tot zover. Vormt de toestemming voor de studie onder de voorwaarden van de rabbijn de opmars voor meer onderzoeken in de vele middeleeuwse rustplaatsen die bewaard zijn gebleven? We zullen zien.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten