In de zoektocht naar de familiebanden van
Bento Luis (Alvares), schoonvader van rabbijn Moses Raphael d'Aguilar, waagde ik mij
vorige keer aan de grote kluwen van nieuw-christelijke families uit het zestiende-eeuwse Bragança. Hoewel Bento zeker een plaats heeft in dit familienetwerk, blijven de details hierover vooralsnog onopgehelderd. Van zijn tweede echtgenote Violante Henriques is niet bekend of zij uit Bragança kwam.
Abraham d'Aguilar
Wel lijkt er meer duidelijkheid te zijn over de herkomst van één van de takken d'Aguilar, namelijk die van
Abraham d'Aguilar. Abraham kwam rond 1620 met zijn echtgenote
Violante da Paz (alias Esther of Sara) vanuit Bragança naar Amsterdam. Niet veel later vertrokken zij naar Glückstadt en Hamburg, waar respectievelijk hun kinderen Jacob en Rachel werden geboren. Rachel komt als kind voor in het archief van de Dotar. Abraham werd met zijn gezin genoemd door Isaac de Castro Tartas in zijn inquisitieproces; Violante was namelijk de zuster van zijn moeder, Isabel da Paz (alias Benvenida). Isaac noemde ook zijn grootmoeder, die volgens hem Esperança Rodrigues heette; aangezien zijn grootmoeder van vaderszijde zeker Maria Luis was, moet het hier gaan om zijn grootmoeder van moederszijde, de moeder van Isabel en Violante da Paz.
[1]
Op basis van deze gegevens is er een interessante vermelding in het trouwregister van Bragança: op 20 februari 1616 trouwde daar
Violante da Paz, dochter van Francisco Gonçalves en Esperança Rodrigues, met
Martim Rodrigues, zoon van Baltasar Fernandes en Isabel de Castro. Getuigen zijn [haar oom] Gonçalo Gonçalves en een Henrique Afonso.
[2]
In de uitgebreide gegevens die dhr. Cabo heeft verzameld m.b.t. de inquisitiedossiers uit Bragança, waarvoor ik hem niet genoeg kan bedanken, kom ik géén andere Esperança Rodrigues tegen in verband met een Violante da Paz.
[3] Het lijkt hier dan ook om het huwelijk te gaan van Isaacs tante met Abraham d'Aguilar (met het voorbehoud dat Violante tussen 1616 en 1621 nog hertrouwd zou kunnen zijn; aanwijzingen daarvoor zijn er echter niet). Abrahams nieuw-christelijke naam was dus naar alle waarschijnlijkheid Martim Rodrigues. Het wordt nu duidelijk waarom zijn nakomelingen in Amsterdam de naam Rodrigues d'Aguilar gingen voeren.
Het is mogelijk om op basis van de verzameling van dhr. Cabo, de volgende kwartierstaat opstellen van de kinderen van Abraham d'Aguilar en Violante da Paz:
1a Jacob (Rodrigues) d'Aguilar, geb. 1623 Glückstadt, begr. 1695 Beth Haim, tr. 1649 Amsterdam Rachel Arias.
1b Rachel d'Aguilar, geb. Hamburg, begr. 1691 Beth Haim, tr. (1) Álvaro Dinis, tr. (2) 1650 Amsterdam Abraham do Vale.
2 Abraham d'Aguilar, (Martim Rodrigues), geb. ~1590 Bragança, begr. 1653 Beth Haim, tr. Bragança 20 februari 1616
3 Violante da Paz, geb. ~1590 Bragança, zuster van Isabel da Paz (Benvenida) die met Cristovão Luis (Abraham de Castro Tartas) was gehuwd.
4 Baltasar Fernandes, geb. ~1563 Bragança, schoenmaker en koopman, tr. voor 1591
5 Isabel de Castro, geb. ~1570 Bragança.
6 Francisco Gonçalves, ("o Merendorum"), geb. ~1557 Bragança, schoenmaker, tr.
7 Esperança Rodrigues, geb. ~1570 Bragança.
8 Diogo Fernandes, ("o Velho"), geb. ~1521 Bragança, schoenmaker, overl. (brandstapel) 27 juni 1593 Coimbra, tr.
9 Isabel Rodrigues, geb. ~1526 Bragança, overl. (brandstapel) 27 juni 1593 Coimbra.
10 Luis de Castro, geb. ~1550 Bragança, leerlooier, overl. voor 1593, tr.
11 Beatriz Nunes, geb. ~1544 Bragança.
12 André Gonçalves, ("o Merendorum"), geb. ~1521 Alcañices (Castilië), schoenmaker te Bragança, tr. (1) Justa Rodrigues, tr. (2)
13 Violante da Paz, geb. ~1516 Bragança.
14 Duarte Garcia, geb. ~1520 Bragança, schoenmaker, overl. voor 1593, tr.
15 Grácia Rodrigues, geb. ~1525 Bragança, overl. 1593-1602.
16 Gabriel Afonso, geb. ~1500, schoenmaker te Bragança, lakenhandelaar te Lissabon, tr.
17 Clara Fernandes, geb. ~1500 Bragança.
18 Francisco Rodrigues, ("o Castellano"), geb. ~1500, woonachtig te Quintela de Lampaças, schoenmaker, tr.
19 Maria Gonçalves, geb. ~1510 Bragança.
20 Pedro de Castro, geb. ~1520 Bragança, tr.
21 Beatriz Rodrigues, geb. ~1520 Bragança.
22 Francisco Álvares, geb. ~1510 Bragança, schoenmaker, tr. (2) Maria de Castro, tr. (1)
23 Mécia Nunes, geb. ~1520 Bragança.
24 Gonçalo Gonçalves, geb. ~1480, schoenmaker te Alcañices (Castilië), tr.
25 Francisca Gonçalves, te Alcañices (Castilië).
26 António da Paz, geb. ~1490 Bragança, tr.
27 Filipa Lopes, geb. ~1490 Bragança.
30 João de Sá, geb. ~1490 Bragança, porteiro, tr. (2) Isabel Álvares, tr. (1)
31 Beatriz de Almança, geb. ~1490 Bragança.
40 João Luis, van oud-christelijke herkomst, geb. ~1490 Bragança, schoenmaker, tr.
41 Leonor Álvares, geb. ~1500 Bragança.
44 Dinis Álvares, geb. ~1480 Zamora (Castilië), overl. Bragança, tr.
45 Isabel de Castro, geb. ~1480 Bragança.
46 Cristovão da Paz, geb. ~1500 Bragança, tr. (2) N.N., tr. (1)
47 Beatriz de Leão, geb. ~1500 Bragança.
82 = 44 (Dinis Álvares)
83 = 45 (Isabel de Castro)
Het eerste dat opvalt is dat de inquisitiedossiers zodanig gedetailleerd zijn dat we terug kunnen gaan tot de vroege zestiende eeuw. Hiernaast zien we de typische Iberische traditie om kinderen mét familienaam te vernoemen, waardoor binnen een gezin meerdere familienamen voorkwamen. De kwartierstaat bestaat voor een groot deel uit schoenmakers in en rondom Bragança. Verder terug verschijnen immigranten uit Castilië. De betovergrootvader van Abraham d'Aguilar, João Luis, was niet van joodse, maar van christelijke afkomst. Deze João was ook een overgrootvader van Isaac de Castro Tartas en een betovergrootvader van Isaac Orobio de Castro. De grootouders van Abraham d'Aguilar zijn na hun inquisitieproces in Coimbra veroordeeld tot de brandstapel.
[4] De ouders van Abraham d'Aguilar zijn tussen 1597 en 1599 ook door de inquisitie onderzocht; hun dossiers zijn helaas nog niet inzichtelijk, maar zouden meer informatie kunnen geven over de leden van hun gezin.
Isaac d'Aguilar en zijn familie
Naast Abraham kwam ook
Isaac d'Aguilar, (ook: Isaac Israel d'Aguilar) naar Amsterdam, waar hij in 1620 schatbewaarder werd van het Terra Santa-fonds van de Beth Israel-gemeente.
[5] Hij is de vader van Aron, rabbijn Moses Raphael, David en Hanna d'Aguilar. Dit blijkt o.a. uit meerdere documenten waar Moses Raphael én David het patroniem Isaac gebruikten.
[6] Opmerkelijk genoeg zijn er géén zeventiende-eeuwse bronnen waaruit verwantschap met de tak van Abraham d'Aguilar blijkt, zoals vanaf halverwege de achttiende eeuw beweerd is. Dat Isaac een broer van Abraham zou kunnen zijn, blijft een mogelijkheid, maar staat zeker niet vast. Het is zelfs niet zeker of Isaac zelf wel uit Bragança komt, hoewel het huwelijk tussen Moses Raphael en de dochter van Bento Luis alsook de vermelding van de kinderen van Moses Raphael, David en Hanna als ontvangers van een legaat van de eveneens uit Bragança afkomstige
Jacob del Sotto (Delmonte) wel familiebanden suggereert.
De Amsterdamse notaris Adriaen Lock, van wie veel akten onlangs door de robot
getranscribeerd zijn, had de goede gewoonte de leeftijd van zijn comparanten en getuigen te vermelden. Hieruit wordt duidelijk dat Aron rond 1620 geboren moet zijn, Moses Raphael rond 1621 en David rond 1629. De jaartallen suggereren dat zij allen in Amsterdam geboren zijn. Isaac duikt nog op in de Amsterdamse archieven in 1638. Hierna blijft het stil; op de Beth Haim is géén graf van hem bekend - om redenen die zo dadelijk duidelijk worden.
Rond 1641 vertrokken Aron, Moses Raphael en hun zuster Hanna naar Nederlands Brazilië, waar zij zich in Mauritsstad bij Recife vestigden. Moses Raphael werd daar op een gegeven moment rabbijn van de Portugees-Joodse gemeente. Het is waarschijnlijk daar dat hij trouwde met Esther Baruch Alvares, dochter van Bento Luis, die met haar broers vanuit Bayonne naar Brazilië was gekomen.
In de - eveneens getranscribeerde - archieven van de
oude W.I.C. is meer te vinden over de Portugees-Joodse gemeenschap in Nederlands Brazilië. Veel leden waren betrokken bij de productie en handel in suiker. Hiernaast bezaten zij vaak slaven - toen al eeuwen gebruikelijk onder de Portugezen. Ook aan Moses Raphael werd in 1650 een slaaf, "de negro genaamd Paulo", verkocht.
[7] Moses Raphael werd o.a. vanuit de W.I.C. betaald voor het houden van erediensten. Na de herovering van Nederlands Brazilië door Portugal in 1654 vertrokken de Joodse inwoners weer, grotendeels naar Amsterdam, maar ook naar gebieden als Suriname, Curaçao en Jamaica.
Vader Isaac d'Aguilar is waarschijnlijk rond 1641 eveneens naar Brazilië vertrokken. In 1645 besluit hij terug te keren naar Amsterdam, want hij wordt genoemd als passagier aan boord van de Zeelandia. Zijn echtgenote wordt niet vermeld. Mogelijk was zij toen al overleden, of bleef zij achter in Brazilië of Amsterdam.
[8] Het schip kwam echter bij het eiland Wight in noodweer terecht en verongelukte op 29 januari 1646. De meeste passagiers, waaronder vermoedelijk ook Isaac, overleefden dit niet.
Is er meer bekend over Isaac d'Aguilar? Zou hij in Amsterdam getrouwd zijn, nog onder zijn nieuw-christelijke naam? In 1614 trouwde daar een Jácome Rodrigues uit Bragança met Isabel Henriques. Rond 1620 is er een Alonço Fernandes d'Aguilar woonachtig in Amsterdam, die voorkomt in wisselbrieven met Bento Luis uit Bayonne, de schoonvader van Moses Raphael. Zou één van hen identiek aan Isaac zijn?
Het lijkt er niet op. Uit het archief van de oude W.I.C. blijkt dat Isaac in 1635 de W.I.C. verzocht om een vergoeding voor het vertalen van de catechismus in of uit het Portugees, een klus die hij had aangenomen. Later dat jaar krijgt hij deze vergoeding, en wel onder de naam "Francisco Agillar".
[9] In hoeverre hij in het familienetwerk uit Bragança past, is nog onbekend. Eveneens blijft onduidelijk wie Isaacs echtgenote was en of er soms via haar een verwantschap met de Del Sotto's liep. Een nader onderzoek naar het familienetwerk van de Del Sotto's kan geen kwaad.
[1] Tribunal do Santo Ofício, Inquisição de Lisboa, proc. 11550 (Joseph de Lis, één van de namen gebruikt door Isaac de Castro Tartas).
[2] Arquivo Distrital Bragança, Paróquia de São João Baptista, registo de casamentos.
[3] J.A. Cabo: gw.geneanet.org/pcardenas.
[4] Tribunal do Santo Ofício, Inquisição de Coimbra, proc. 491 (Isabel Rodrigues), proc. 1732 (Diogo Fernandes).
[5] SA Amsterdam: Archief van de Portugees-Israelitische gemeente, inv.nr. 10, f.25v (1620).
[6] SA Amsterdam: ONA, not. Adriaen Lock (2 augustus 1672); not. Hendrik Schaef (7 maart 1678).
[7] Nationaal Archief: OWIC, inv.nr. 74, scan 477 (13 juni 1650).
[8] Nationaal Archief: OWIC, inv.nr. 63.
[9] Nationaal Archief: OWIC, inv.nr. 14 (3 september 1635), (19 november 1635).
Geen opmerkingen:
Een reactie posten