Esther, echtgenote van rabbijn Moses Raphael d'Aguilar, is één van de Portugees-Joodse voormoeders waarvan ik graag meer wil weten dan alleen haar voornaam. Zij komt dubbel voor in de kwartierstaat en is de stammoeder in de matrilineaire lijn van Josua Cohen Farro, mijn meest recente Portugees-Joodse voorvader. Nog altijd ligt zij samen met haar man op de Beth Haim-begraafplaats, onder één van de weinige stenen die niet in het veen is weggezakt.
Wie was Esther? In of vlak voor 1647 moet zij in Brazilië gehuwd zijn met Moses Raphael d'Aguilar, die daar rabbijn was. Toen de joodse gemeenschap in 1654 uit Brazilië vertrok, vestigde zij zich in Amsterdam. Vanaf 1679 was zij weduwe. In 1701 maakte zij haar testament op, dat zij ondertekende met de familienaam van haar echtgenoot.[1] Één jaar later overleed zij.
Hoewel er steeds meer archieven ontsloten worden, is het grootste deel van het Amsterdamse notariële archief nog niet op naam doorzoekbaar. Onder de stukken die wel eenvoudig toegankelijk zijn is maar weinig te vinden over Moses en Esther. Over Esthers achtergrond is weleens beweerd dat zij een tante zou zijn van Isaac de Castro Tartas. Hoewel deze evenals de d'Aguilars uit Bragança kwam, berust deze verwantschap m.i. op een in de achttiende eeuw ontstaan misverstand: uit de verklaringen van Isaac bij zijn inquisitieproces blijkt dat de zuster van zijn moeder, Violante de Paz (alias Sara of Esther), gehuwd was met Abraham d'Aguilar, waaruit Jacob en een dochter (Rachel) geboren zijn. Bloedverwantschap tussen de Castro Tartas en de d'Aguilars of met Esther blijkt niet uit Isaacs verklaring. Ook tussen Moses Raphael en Abraham is de verwantschap nog niet duidelijk (voor nu vermoed ik dat Abraham een oom was van Moses Raphael); Abraham en zijn kinderen Jacob en Rachel ontbreken in ieder geval in de nalatenschap van Moses Raphaels broer David d'Aguilar.[2]
De Del Sotto's
In 1673 was onze Esther getuige bij het huwelijk van Sara del Sotto (alias Delmonte), enige dochter van Joseph Delmonte, met haar neef Abraham de los Rios. Ze wordt hierbij moei (tante) genoemd. Dit roept de vraag op of zij soms een zuster van één van Sara's ouders was.
Sara's moeder was Isabel Mendes, dochter van de arts Francisco Lopes en Isabel Mendes del Sotto, woonachtig te Bordeaux. Deze hadden naast Isabel (o.a.) de kinderen dr. Pierre Lopes, Maria (gehuwd met Pierre Dias), Guiomar (alias Hester de Lis, gehuwd met haar neef Isaac del Sotto), Catharina (gehuwd met Duarte Henriques), Francisca (gehuwd met Raphael Henriques), Francisco, Jeronimo en Francisco de Lis (alias Jacob Frances, gehuwd met zijn nicht Rachel del Sotto).[3] Dat hun dochter Guiomar reeds het alias Esther gebruikt pleit ervoor dat onze Esther niet uit dit gezin kwam.
Sara's vader Joseph Delmonte (del Sotto) stamde uit een familie die eveneens als de d'Aguilars uit Bragança kwam. De Del Sotto's vestigden zich vervolgens in o.a. Bayonne en Rouen. Sara's grootouders, Francisco Mendes del Sotto (alias Abraham) en Francisca Mendes del Sotto (alias Sara), hadden naast Joseph de volgende kinderen: Leonora Mendes (alias Lea Delmonte), gehuwd in Rouen met Martin Rodrigues (alias Joseph de los Rios) en Francisca Mendes del Sotto (alias Rachel), gehuwd in Bordeaux met Francisco de Lis (alias Jean Lopes, Jacob Berachel of Jacob Frances) en de zoons David, Jacob, Isaac en Mordechai.
In 1670 verzamelden zich de erfgenamen van Sara's oom Jacob del Sotto (alias Delmonte), die kinderloos overleed.[4] Onder hen bevond Esther zich niet. Het lijkt mij hierom duidelijk dat zij ook niet tot dit gezin behoorde. Interessant is de lijst van legaten die Jacob aan zijn naasten, veelal ongehuwde nichtjes en enkele vrienden gaf:
- de ongehuwde dochters van zijn broer David del Soto: Ribca, Rachel, Gracia en Clara.
- de dochters van zijn zuster bij Francisco de Lis (alias Jacob Frances/Beruhel): Sara, mits zij trouwt met Isaac del Soto; Esther, mits zij trouwt met Isaac del Soto de jonge.
- de eerste zoon die Sara del Soto, dochter van zijn broer David, bij Manuel Abolais zal krijgen.
- de dochter van Sara de los Rios, dochter van zijn zuster Lea en Joseph de los Rios, bij Raphael de Arredondo: Lea.
- de drie dochters van Rachel del Sotto, dochter van zijn broer Isaac, bij Isaac da Silva: Rebecca, Hester, Rachel.
- de drie dochters van Samuel Baruch Rosa: Judith, Benvenida, Lea.
- de dochters van haham Moses Raphael d'Aguilar: Rachel, Gratia en Simha.
- de [twee] dochter[s] van Isaac Baruch en Gana d'Aguilar: Ribca [en ...].
- de twee dochters van Aron d'Aguilar: Ribca en Rachel.
- de dochter van Joseph Baruch Alvares en Rachel: Abigael.
In de lijst komen Moses Raphael, zijn broer Aron en zuster Hanna voor. Misschien zijn zij wel neven en nicht van Jacob del Sotto. Dit zou wel betekenen dat Esther een aangehuwd familielid zou zijn. Hiernaast wordt Joseph Baruch Alvares vermeld - schoonvader van één van de dochters van Moses Raphael. Verdere aanwijzingen zouden in Bragança gevonden moeten worden
Een aanwijzing in het verre westen
In Amsterdam komen we voorlopig niet verder wat Esthers achtergrond betreft. Tot mijn verrassing duikt zij echter op in twee testamenten die zijn opgemaakt in Jamaïca. Het betreft hier de testamenten van David Baruch Alvares en zijn zoon Abraham.[5] David was na het vertrek van de joden uit Brazilië naar Jamaica gekomen. Esthers dochter Judith was met Davids zoon Jacob gehuwd en woonde ook op Jamaïca. Haar zuster Simha volgde haar en trouwde met Jacob, zoon van Joseph Baruch Alvares. David noemt Esther in zijn testament:
"Aan mijn zuster Esther de Aguilar laat ik honderd pond na voor haarzelf en haar erfgenamen. Mocht zij nog een ongehuwde dochter hebben, dan wil ik dat dit bedrag voor hun huwelijksschat gebruikt wordt."
Zijn zoon Abraham noemt Esther en haar familie ook in zijn testament, waaruit blijkt dat het om onze Esther gaat:
"aan mijn tante Esther Aguilar honderd pond en voor het huwelijk van haar dochter Judith de Aguilar honderd pond, aan mijn neef Isaac Aguilar honderd pond en voor het huwelijk van zijn dochter Sarina de Aguilar honderd pond, en aan Moses de Aguilar vijftig pond zodat hij zijn leven vorm kan geven."
Het is nu dus duidelijk: Esther is een zuster van David Baruch Alvares uit Brazilië! Hiernaast blijkt dat ook haar zoon Isaac nageslacht [op Jamaïca] had.
De familie Baruch Alvares
David Baruch Alvares noemt naast Esther ook nog zijn zuster Sara Narbaes, die tevens zijn schoonmoeder was. Hiernaast hebben zij nog twee broers, Joseph en Moses. Isaac de Castro Tartas noemt bij zijn inquisitieproces in 1646 veel van de mensen die hij tijdens zijn periode in Brazilië tegenkwam, waaronder te Mauricia (Recife):
"Joseph Baru Alvarez, of Pedro Luis, neef van de declarant in de tweede graad, afkomstig uit Bayonne; Moyse Baru Alvarez, of Luis Alvarez, broer van de voorgaande, afkomstig uit Bayonne; David Baru Alvarez, of Martim Alvarez, broer van de voorgaande, getrouwd en woonachtig in Nederland."[6]
De familie is dus vanuit Bayonne - eventueel via Amsterdam - in Brazilië terechtgekomen. Joseph en Moses zijn (als Pedro en Luis) onderwerp geweest van onderzoek door de Spaanse inquisitie. Hetzelfde geldt voor Sara (alias Isabel Luis, echtgenote van Andrés de Narvaez). Hieruit blijkt dat hun vader Bento Luis was, afkomstig uit Bragança. Hier liet hij - voor de buitenwereld katholiek - nog zijn kinderen dopen. Esther zal niet ver vóór 1625 geboren zijn.
Een overzicht van de familie Baruch Alvares (zie ook Blamont, p.424) ziet er als volgt uit:
I. Bento Luis, afkomstig uit Bragança, later woonachtig te Bayonne. Hij is gehuwd (1) met Isabel Mendes. Hij is gehuwd (2) met Violante Henriques, (Enriquez).
- (uit 1) Sara Baruch Alvares, (Isabel Luis), geboren ca. 1612, gehuwd met Andrés de Narvaez.
a) Rachel de Narvaez, (Maria), overleden op Jamaïca in 1720, gehuwd met haar oom David Baruch Alvares. - (uit 1 of 2) Joseph Baruch Alvares, zie II-a
- David Baruch Alvares, zie II-b
- (uit 2) Moses Baruch Alvares, (Luis Alvares), gedoopt te Bayonne op 15 augustus 1618, woonachtig te Brazilië 1646.
- Maria Alvares, gehuwd met Joseph de Castro, uit Bragança, vertrokken naar het Ottomaanse Rijk.
- Esther Baruch Alvares, (verm. dezelfde als Clara Luis, gedoopt te Bayonne op 2 april 1627), vertrokken naar Brazilië, later te Amsterdam, begraven op de Beth Haim op 12 april 1702, gehuwd aldaar ca. 1647 met Moses Raphael d'Aguilar.
II-a Joseph Baruch Alvares, (Pedro Luis), geboren te Bayonne ca. 1616 (wellicht gedoopt aldaar op 30 maart 1614), vertrokken naar Brazilië, later te Amsterdam, begraven op de Beth Haim op 12 augustus 1665. Hij is gehuwd met Rachel, begraven op de Beth Haim op 21 januari 1707.
- Abigael Baruch Alvares, geboren te Amsterdam in 1656, gehuwd te Amsterdam op 25 augustus 1673 met Aron Gomes, uit Pisa.
- Jacob Baruch Alvares, geboren te Amsterdam in 1657, gehuwd te Amsterdam op 26 januari 1685 met zijn nicht Simha d'Aguilar.
II-b David Baruch Alvares, (Martim Alvares, mog. ook: Martim Gonçalves), geboren te Bayonne, vertrokken naar Brazilië, overleden op Jamaïca in november 1692. Hij is gehuwd met zijn nicht Rachel de Narvaez, (Maria):
- Abraham Baruch Alvares, overleden op Jamaïca in februari 1693, gehuwd met Esther, overleden op Jamaïca in 1690. Kinderloos.
- Jacob Hisquiau Baruch Alvares, op Jamaïca, gehuwd met zijn nicht Judith d'Aguilar.
- Ribca Baruch Alvares, gehuwd met Gonçales.
- Judith Baruch Alvares, gehuwd met Nunes.
- Esther Baruch Alvares, gehuwd met Jacob de Castro.
- Sara Baruch Alvares, gehuwd met [haar neef] Jacob Lopes Torres.
Veel vragen blijven openstaan: waarom werden de gebroeders Baruch Alvares door de inquisiteurs aangeduid als "neven in de tweede graad" van Isaac de Castro Tartas? Hoe past de familie d'Aguilar in dit geheel? Op welke wijze is de familie Del Sotto verwant? Om hier meer over te weten te komen moeten we op zoek in Bragança.
wordt vervolgd: Sporen in Bragança.
[1] SA Amsterdam: ONA, notaris Pieter Padthuizen, testament (13 december 1701).
[2] SA Amsterdam: ONA, notaris Jacobus Snel, testament David d’Aguilar (20 oktober 1673).
[3] Blamont. J., Le lion et le moucheron: Histoire des Marranes de Toulouse (2000).
[4] SA Amsterdam: ONA, notaris Jacobus Snel, akte (13 april 1670).
[5] Mirvis, S., 'The Alvares Family Patriarchs and the Place of Pre-1692 Port Royal in the Western Sephardic Diaspora', The American Jewish Archives Journal 67 (2015).
[6] Tribunal do Santo Ofício, Inquisição de Lisboa, proc. 11550, scan 455 etc.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten