De afgelopen jaren en nu nog zijn veel archieven druk bezig met het digitaal toegankelijk maken van hun bronmateriaal. Dit betekent in de eerste plaats dat de bronnen netjes gemaakt worden, zeker als ze bijna uit elkaar vallen, en vervolgens ingescand. De onderzoeker kan zo thuis door oorspronkelijke bronnen heen bladeren en deze naast elkaar leggen op een wijze die vroeger onmogelijk was of op zijn minst veel langer zou duren. Het best kunnen deze ingescande bronnen via een op de archiefwebsites beschikbare viewer geraadpleegd worden zodat je soepel kunt bladeren van scan naar scan. Niet alle archieven bieden deze mogelijkheid; zo heeft het Antwerps archief veel schepenbronnen toegankelijk gemaakt d.m.v. reusachtige pdf's waarvan het een eeuwigheid duurt om te laden, mits het laden niet halverwege wordt afgebroken.
Naast het inscannen van de oorspronkelijke bronnen, waarvan raadplegen cruciaal is voor deugdelijk onderzoek, zorgen zowel de archieven, vaak m.b.v. vrijwilligers, voor het verder toegankelijk maken hiervan door typen akten, namen, datums etc. te indexeren. Bewonderenswaardig, al zijn deze transcripties van oorspronkelijke bronnen of afbeeldingen van deze bronnen zelf regelmatig alleen achter gesloten deuren te zien (bijv. binnen de Hollandse Genealogische Databank van Ons Voorgeslacht). Voor onderzoeken en andere artikelen lijkt me dit niet zo vreemd, maar voor oorspronkelijke bronnen en letterlijke transcripties is dit m.i. heel jammer! Je beperkt zo je publiek enorm.
Zowel transcriptie als indexering is mensenwerk en noodzakelijk om bronnen op geordende wijze toegankelijk te maken. Naast deze opties is er de laatste paar jaar met name veel ontwikkeling op het gebied van automatische tekstherkenning. Zo kunnen veel akten van Amsterdamse notarissen op tekst doorzocht worden en kunnen technisch onderlegde onderzoekers zelf databases aanleggen. Nu heb ik er wel een beetje inzicht in, maar nog niet zodanig om zelf zoiets te maken.
Ook het bekende FamilySearch van de mormonen is druk bezig geweest automatische tekstherkenning uit te rollen over veel van hun ingescande bronmateriaal. Ik ben daarmee al binnen korte tijd veel nieuwe informatie te weten gekomen! Op tekst doorzoekbare bronnen betreffen onder meer de schepenbanken uit de Tieler- en Bommelerwaard, notariële archieven van Den Haag en Gouda, rechterlijke archieven van vele plaatsen in Nederland enzovoorts... het is ongelooflijk.
Enkele voorbeelden van nieuwe informatie die ik heb achterhaald:
- Een akte (rechterlijke archieven Tuil) waarin mijn directe voorouders Jan van der Heijden en Maria van der Burg genoemd worden met de landbode Hermen van der Heijden, die aanspraak doet op Jans goederen. Dit vormt m.i. verder ondersteunend bewijs voor mijn hypothese dat deze Hermen de oom van Jan was.
- Meerdere akten (waaronder een lijst van weerbare mannen van Opijnen uit 1672) waaruit ik met zekerheid concludeer dat de stamvader van onze tak Den Otter, Aert (geb. ca. 1640), de zoon was van de schepen Tieleman Jansz den Otter.
- Akten uit laat 17e-eeuws Amersfoort, waarin de stamouders van opperrabbijn Lehmans, Lambert Michielsz (van Emden) en Hester Barents worden vermeld; deze Lambert tekent zelf in het Hebreeuws/Jiddisch: Asjer b. Micha'el.
- Akten uit het rechterlijk archief van Raalte, waaruit ik kan opmaken dat de ouders van de stamvader van het geslacht Van der Bijl/Godfried uit Meppel, Samson Isaac (van Raalte), de slachter Isaac Samson en Sara Mozes waren. Hierover hebben reeds, zo leert een aanvullende zoekopdracht mij, de heren Van Schoten en Van Albeda geschreven in het tijdschrift Misjpoge (2022). Uit een getuigenverklaring van deze Isaac uit 1722, te vinden in het rechterlijk archief van Zwolle, blijkt dat hij ook in Amsterdam geweest is. Een op het eerste gezicht klein feit, maar een belangrijk aanknopingspunt voor verder onderzoek, zo zal in mijn volgende artikel blijken.
Een aanrader dus! En vergeet niet, wanneer je nieuwe gegevens vindt, de archiefbron te noteren.