maandag 12 februari 2018

De prehistorie van mijn vaderlijn

Eerder besprak ik de resultaten van mijn BigY-test, waarmee ik een plek heb gevonden in de grote stamboom der vaderlijnen. Ik ben toen geplaatst in de sub-haplogroep BY1823, dat samen met mutaties Z71 en Z145 een tak vormt onder Z56, zelf één van de takken van U152.

De tak BY1823/Z71/Z145 is ontstaan rond 1500 BC. Schattingen lopen uiteen van gemiddeld 1700 BC tot gemiddeld ca. 1350 BC (de data die ik gebruik zijn allen schattingen; ik kan er zo enkele eeuwen naast zitten). Zie ook hier. Gezien de verspreiding van andere takken van U152, is het waarschijnlijk dat de tak ontstaan is in de Tumulus-cultuur, die met name in Zuid-Duitsland actief was. In deze tijd is de tak in tweeën gesplitst. De eerste tak bleef nog tot ongeveer 500 BC vrij klein, waarna deze zich onder de naam Z72 heeft uitgebreid in Italië. Het is mogelijk dat deze tak via de Villanova-cultuur vanuit centraal Europa naar Italië heeft verspreid en uiteindelijk een inheemse Romeinse lijn is geworden. Een tweede mogelijkheid is dat deze tak zich later met de Galliërs verspreid heeft, die zich na 400 BC in Gallia Cisalpina gevestigd hebben. De tweede tak, die waarschijnlijk in Zuid-Duitsland is gebleven, is na één of twee mutaties weer in tweeën gesplitst. Mutaties schijnen ongeveer elke 140 jaar voor te komen, dus uitgaande van een leeftijd van 1500 BC zal deze splitsing ongeveer rond 1250/1200 BC plaatsgevonden hebben. Hiervan is de eerste tak, bekend als PF6577 of PF6582, met name verspreid in Duitsland, Engeland, en ook in Italië. Ik vermoed dat het hier gaat om afstammelingen die zich hebben verspreid tijdens de latere Hallstatt- en La Tène-culturen. De tweede tak is mijn eigen tak.

Mensen die behoren tot BY1823.

Mijn tak heeft nog geen eigen naam, omdat de kenmerkende mutaties nog geen “officiële” namen kennen. Hierom staan de leden van deze tak vooralsnog bekend als BY1823, de voorvader waar zij samen met PF6577 en Z72 onder vallen. Deze naamloze tak zal dus zeg rond 1250 BC ontstaan zijn, ergens in het zuiden van Duitsland, of het oosten van Frankrijk. De Tumulus-cultuur was inmiddels opgevolgd door de Urnenvelden-cultuur, de laatste grote Bronstijd-cultuur voordat de IJzertijd aanbrak. Tot deze tak behoren voor zover bekend naast mijn familie een Amerikaans-Engelse familie, een Brits-Engelse familie en een Franse familie. Op bijgevoegd kaartje zijn families te zien die als BY1823 bekend staan. Mijn eigen familie, de Franse, en de Brits-Engelse staan hierop (de Amerikaanse niet). Verder zijn er nog een Engelse familie, en een Waalse (?) familie waar ik zeer benieuwd naar ben, maar het is onduidelijk of zij tot onze naamloze tak behoren.


De verspreiding van de Hallstatt- en La Tène-culturen


Rond 800 BC begint de IJzertijd in Centraal-Europa met de Hallstatt-cultuur. Onze tak bestaat dan reeds vier eeuwen. Na twee mutaties is er een splitsing opgetreden (ca. 1000/900 BC), waardoor er dus nu aan het begin van de IJzertijd twee familietakken zijn, die ergens in het zuidwesten van Duitsland of het oosten van Frankrijk geleefd zullen hebben. Uit de ene tak stamt de west-Franse familie, uit de andere de Engelse families en mijn eigen familie. Het is natuurlijk niet bekend of de Franse familie vóór AD 1500 ook wel Frans was, want de familie vindt zijn oorsprong in een havenstad. In ieder geval lijkt het aannemelijk dat deze lijn gedurende de uitbreiding van het Hallstatt-gebied naar het westen, en zeker met de opvolgende La Tène-cultuur, als Gallische familie, of later in de geschiedenis, uiteindelijk in het westen van Frankrijk terecht is gekomen.

De tak waaruit de van oorsprong Engelse families en mijn eigen familie stammen, heeft zich vermoedelijk eveneens met deze uitbreiding van de Hallstatt-cultuur verplaatst; het is slechts gissen waar zij zich bevond, maar het noordoosten van Frankrijk lijkt waarschijnlijk. Zo rond 700 BC (of een eeuw eerder of later) vindt een nieuwe splitsing plaats, wederom na twee mutaties. De twee takken die hieruit voortkomen, lijken rond 500 BC aan het begin van de La Tène-periode, de klassieke “Gallische” cultuur, onderdeel te zijn van de Noord-Gallische of Belgische stammen. Veel later, zo tussen 250 BC en het begin van onze jaartelling, vind dan de laatst bekende splitsing plaats tussen mijn eigen familie en de latere Amerikaans-Engelse familie. Deze Engelse takken zijn vermoedelijk naar Engeland vertrokken vlak voor de Romeinse tijd, toen er een immigratie was van Belgische stammen naar Engeland, of in een latere periode. Mijn tak is dan achtergebleven in het gebied van de Belgische stammen.

Tijdens de Romeinse periode waren er vele Belgische stammen, zoals de Toxandriërs, Menapiërs; zij leefden ook in Noord-Frankrijk. Sommigen vestigden zich in steden als Tongeren. Het is niet uit te maken waar zich precies mijn lijn bevond; hij zal in de loop der tijd terecht zijn gekomen in het middeleeuwse Brabant, en uiteindelijk in de Betuwe. Voor een betere interpretatie zou het zeker helpen als een familie gevonden wordt die in de middeleeuwen afsplitst i.p.v. voor onze jaartelling. Een mooi voorbeeld van zo’n situatie is de familie Marres. Ongetwijfeld zijn er meer families die tot deze tak behoren, in het bijzonder uit de Benelux, Frankrijk, of West-Duitsland. Zij zullen veel meer duidelijkheid kunnen geven over de prehistorie van deze tak, iets dat momenteel lastig is, want de Amerikanen en Britten zijn oververtegenwoordigd in de data. Van de toekomst moeten we het dus hebben.